De meeste kinderen zijn niet doof of slechthorend. Toch biedt gebarentaal ook voor hen een enorme toevoeging aan het leven. Het verbreedt hun mogelijkheden om te communiceren, ook als spraak geen optie is. Door Nederlandse Gebarentaal te leren op een leeftijd dat taal op speelse wijze verworven kan worden, ontstaat er een sociale omgeving die ook voor dove en slechthorende kinderen aantrekkelijk is. Op latere leeftijd, als hun eigen gehoor of dat van mensen in hun omgeving achteruit gaat, biedt gebarentaal een onmisbare maar vanzelfsprekende oplossing.
Veel jongeren hebben bovendien gehoorschade opgelopen door harde muziek bij concerten en festivals en door het intensieve gebruik van koptelefoons. Zeker voor hen is gebarentaal een goede ondersteuning. Door op school al gebarentaal te leren, kunnen zij ook in lawaaiige omstandigheden zoals op een feestje blijven communiceren.
Op alle niveaus is er al positieve ervaring met gebarentaal in het onderwijs. In het eerste levensjaar kunnen kinderen zich al uiten met gebaren voordat hun spraakmotoriek daar klaar voor is. Op kinderdagverblijven maakt het kinderen communicatiever en socialer, en reageren kinderen enthousiast op het gebruik van gebaren. Op basisscholen waar veel dove kinderen zitten kan gebarentaal een vanzelfsprekende tweede taal zijn. En in het middelbaar onderwijs zijn er zelfs speciale methodes ontwikkeld om vreemde talen te leren middels gebarentaal; de gebaren helpen bij het leren van nieuwe woorden in bv. het Frans.
De Stichting Groots Gebaar wil scholen ondersteunen bij het gebruiken van gebarentaal, door voorlichting te geven, contacten te leggen met docenten en de ontwikkeling van open access lesmateriaal te ondersteunen.
